Religieus erfgoed in Amsterdam
De minor Religieus erfgoed in Amsterdam is een gezamenlijk programma van de Reinwardt Academie (RWA) en de Vrije Universiteit (VU). Je werkt in deze minor samen met andere HBO- en WO-studenten. Je ontwikkelt theoretische sensitiviteit op het gebied van erfgoedisering van religie, herinneringscultuur en museale representatie van religie. Je verwerft vaardigheden als onderzoek doen en academisch schrijven. Ook ga je bijna iedere week op excursie of werkbezoek, waarbij je de samenhang ontdekt tussen theorie en praktijk. Je verdiept je in vragen als: Welk verhaal vertellen religieuze gebouwen en objecten over onze identiteit, als dorp, stad, land of als (migranten)gemeenschap? Hoe kun je erfgoed inzetten om dat verhaal over heden en verleden te versterken? Welke invloed heeft de toenemende sluiting van religieuze gebouwen en de musealisering van religieus erfgoed hierop? En wat zegt het religieus erfgoed over het diverse Amsterdam toen en nu? Tijdens de minor ontmoet je uiteenlopende spelers in het erfgoedveld: musea, wetenschappers en beleidsmakers en Joodse, christelijke en islamitische gemeenschappen.
Wie deze minor succesvol heeft afgerond, heeft tevens, indien ook de minor-coördinatoren positief adviseren, drempelloos toegang tot de master-track The Future of Religious Heritage aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
Bachelor Cultureel Erfgoed, Reinwardt Academie (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten)
Faculteit Religie en Theologie, Vrije Universiteit Amsterdam
Leerdoelen
Het programma is relevant voor studenten die zich verder willen verdiepen in religieus erfgoed, zowel in het ruimtelijke domein als in het museale domein. Dit traject biedt extra verdieping ten aanzien van de vorming, omgang met en presentatie van materieel en immaterieel religieus erfgoed, van gebouw tot object, en de daarmee samenhangende praktijken.
Naast het opdoen van de nodige inhoudelijke kennis in de collegezaal, ben je ook regelmatig off campus, in Amsterdam, op locatie bezig met onderzoek. Je leert om erfgoedbeleid kritisch te evalueren en levert een bijdrage aan het debat over (nieuw en/of multifunctioneel) gebruik van religieus erfgoed. Ook leer je om religieus erfgoed toegankelijk te maken voor een divers publiek, in digitale alsook in museale presentaties.
Ingangseisen
Deze minor is toegankelijk voor 2de of 3de jaars WO- en 3de en/of 4de jaars HBO-bachelor studenten, en is met name interessant voor studenten uit verschillende studierichtingen in de Humaniora, van erfgoedstudies tot communicatie- en mediastudies, van religie/theologie tot architectuur, van archeologie tot geschiedenis, en van toerisme tot management. Er zijn daarom geen inhoudelijke ingangseisen voor de minor.
• Deze minor is een samenwerking tussen de Reinwardt Academie en de Vrije Universiteit.
• Alle modules uit de minor kunnen ook als afzonderlijke keuzevakken worden gevolgd door WO- en HBO-studenten. Voor de modules gelden geen ingangseisen.
• De minor biedt ruimte aan maximaal 25 studenten. Studenten die de gehele minor volgen, hebben daarbij voorrang op studenten die alleen losse modules volgen.
• Teneinde te helpen de bestaande kloof tussen HBO en WO te overbruggen en verdere samenwerking en doorstroom te bevorderen, is er binnen de modules zelf geen verschillend uitstroomniveau is voor HBO/WO. Een belangrijke rol is weggelegd voor de afzonderlijke inbreng van studenten vanuit verschillende achtergronden (HBO/WO; meerdere studierichtingen).
• Alle modules in periode 1-3 hebben een VU-code en een RWA-code. De resultaten van de WO-studenten worden door een VU-docent geregistreerd, de resultaten van de HBO-studenten door een RWA-docent.
Bij aanmelding vragen we je de volgende gegevens mee te sturen:
• Propedeusediploma
• Overzicht behaalde vakken bij je thuisopleiding met een korte beschrijving
Rooster
De minor vindt plaats in het eerste semester (week 36 2025 t/m week 5 2026) in drie perioden:
• Periode 1 (8 weken): 1 september t/m 24 oktober 2025
• Periode 2 (8 weken): 27 oktober t/m 19 december 2025
• Periode 3 (4 weken): 5 januari t/m 30 januari 2026
In periode 1 en 2 lopen twee modules tegelijkertijd. Voor elk daarvan is een dag per week ingeroosterd. In periode 3 wordt één module gegeven, waarvoor wekelijks twee dagen zijn ingeroosterd. Daaronder vallen ook enkele excursies. Het is een voltijdse minor, dus houd rekening met uren buiten de collegedagen om voor zelfstudie of het (gezamenlijk) voorbereiden van colleges.
Toetsing
Het onderwijsaanbod bestaat uit de volgende modules:
Religieus erfgoed, een inleiding (6 ec)
In de eerste module maak je kennis met verschillende concepten en benaderingen inzake religieus erfgoed, de ontwikkelingen in het onderzoek naar dat erfgoed, en het actuele beleid ten aanzien van gebouwd religieus erfgoed vanuit overheden en maatschappelijke partners. Je bestudeert het religieuze gebouw als heilige plaats, als multifunctionele ruimte, en als object van herbestemming. Met medestudenten bereid je een debat voor over de vraag ‘Van wie is het religieuze gebouw?’. Daarnaast oefen je jezelf in academische vaardigheden zoals het doen van literatuuronderzoek en het schrijven van een literatuurreview.
Dit vak wordt gegeven in periode 1, is Nederlandstalig, en wordt gezamenlijk gecoördineerd en gegeven door docenten van de Reinwardt Academie en de VU.
Kleine materiële en ruimtelijke geschiedenis van Amsterdam (6 ec)
In de tweede module richt je je op de ontwikkeling en geschiedenis van de stad Amsterdam. Daarbij fungeert ‘materiële religie’ als ‘lens’. Je verwerft inzicht in de stedelijke ontwikkeling en de plek van religieuze gebouwen en materiële cultuur daarbinnen, van de Middeleeuwen tot begin 21ste eeuw. Je bestudeert gebouwd erfgoed van katholieke, protestantse, joodse en islamitische gemeenschappen in Amsterdam, en ontdekt in hoeverre deze plekken functioneren als ‘lieux de memoire’. In deze module leer je ook hoe je stapsgewijs een academische tekst schrijft.
Dit vak wordt gegeven in periode 1, is Nederlandstalig, en wordt gecoördineerd en gegeven door docenten van de VU.
Amsterdam immigrantenstad (6 ec)
In de derde, verdiepende, module onderzoek je de invloeden die religieuze migrantengemeenschappen hebben (gehad) op de Amsterdamse samenleving. Waar in de eerdere modules het accent ligt op gebouwd erfgoed, richt je je hier op roerend erfgoed en immaterieel erfgoed. Aan de hand van het concept ‘herinneringscultuur’ bestudeer je de erfgoedisering en musealisering van katholieke, protestantse, joodse en islamitische objecten, tradities en verhalen. Daarnaast werk je in deze module aan de verdere ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van academisch schrijven.
Dit vak wordt gegeven in periode 2, is Nederlandstalig, en wordt gezamenlijk gecoördineerd en gegeven door docenten van de Reinwardt Academie en de VU.
Religieus erfgoed op de kaart (6 ec)
In de vierde module bezoek je verschillende plaatsen, instellingen, bewaarplaatsen en uitingen van religieus erfgoed, waar je in gesprek gaat met beheerders/gebruikers van dat erfgoed. Je doet daarnaast onderzoek naar één specifiek religieus object/gebouw/collectie in Amsterdam. Je oefent je om wetenschappelijk verantwoorde teksten te schrijven voor een breed publiek, om zo, binnen een gegeven (digitaal) format, bij te kunnen dragen aan de website Religieus Erfgoed op de kaart.
Dit vak wordt gegeven in periode 2, is Nederlandstalig, en wordt gecoördineerd en gegeven door docenten van de VU.
Religieus erfgoed en storytelling (6 ec)
In de vijfde module verdiep je je in de museale presentatie van religieuze objecten. Je bestudeert aan de hand van literatuur en praktijkvoorbeelden de omgang met ‘religie’ in museale tentoonstellingen en leert om je eigen visie hierop in een column te beargumenteren. Je werkt verder in teamverband aan de ontwikkeling en het ontwerp van een tentoonstellingsconcept in opdracht van een museale instelling.
Dit vak wordt gegeven in periode 3, is Nederlandstalig, en wordt gecoördineerd en gegeven door docenten van de Reinwardt Academie, in samenwerking met de VU.
Wanneer een student een onderdeel niet succesvol heeft afgerond in de onderwijsperiode waarin het is aangeboden, dan is er één herkansingsmogelijkheid. Er is geen garantie dat de minor of afzonderlijke modulen het daaropvolgende studiejaar opnieuw aangeboden wordt.