De ondernemende student krijgt volop de kans zijn/haar ambities ten aanzien van de onderneming of het ondernemingsidee te onderzoeken en op papier (verder) vorm te geven en uit te werken voor de komende jaren.  

Het accent van deze minor ligt op het schrijven van een realistisch businessplan. De minor kenmerkt zich door een analysegerichte aanpak, waarbij de student aan de hand van  verschillende (veld-) onderzoeken het potentieel van de onderneming of het ondernemingsidee toetst. De uitkomsten van deze onderzoeken leiden tot het schetsen en uitwerken van een (uitvoerbaar) businessmodel. In dit proces word je begeleid voor ondernemende (vak-) docenten. 

Voor deze minor is The entrepreneurship competence framework (niveau intermediate) van toepassing (deze zijn vastgesteld door de Europese Unie).  

Voor dit analytische deel staat centraal de competentie: ‘area ideas en opportunities’ (e.g. spotting opportunities, creativity, vision, valuing ideas). 

Om deel te kunnen nemen zijn twee ingangseisen van toepassing: 

1. De student staat ingeschreven als voltijdstudent. 

1. De propedeuse moet zijn behaald (als dat niet zo is moet de opleiding akkoord geven). 

Aanbevolen literatuur (niet verplicht aan te schaffen):  

• Osterwalder, A, & Pigneur, Y. (2009). Business Model Generatie. Deventer: Vakmedianet.  
• Kerkmeijer-van der Peijl, S. & Zeeland, N. van (2017). Van idee naar startup. Deventer: Vakmedianet. 

Voor de minor staat een tijdslast 420 uur. De werkvormen bestaan uit: 

• Werkcolleges (fysiek): 75 uur 
• Online colleges/online instructie: 25 uur 
• Instructie t.b.v. de kennis (online):  25 uur 
• Supervisie met ondernemende (vak-) docenten: 25 uur 
• Uitvoeren (veld-) onderzoeken: 100 uur 
• Werken aan je onderneming: 100 uur 
• Toetsing (schrijven businessplan en eindgesprek): 70 uur 

12-14  contacturen (fysiek en online) per week  

De toetsing bestaat uit:  

1. Schrijven van een (uitvoerbaar) businessplan. Dit deel telt voor 75 % mee in het eindcijfer.
2. Eindgesprek over het businessplan. Dit deel telt voor 25 % mee in het eindcijfer. 

Deze twee onderdelen moeten (per deel) met minimaal een 5.5 worden afgerond. Mochten deze onderdelen onverhoopt onvoldoende zijn dan krijgt de student na uiterlijk tien lesweken een tweede gelegenheid aangeboden. Bij onvoldoende afronding na de herkansingsperiode geldt dat de student zich opnieuw voor de minor moet inschrijven. In totaal kunnen 15 studiepunten worden behaald. 

Het thema Ondernemen met Impact heeft een centrale plaats binnen de minor Ondernemen. Onder Ondernemen met Impact wordt verstaan:  

• Sociaal ondernemen: het juiste doen voor mens, milieu en maatschappij (zonder een winstoogmerk). 
• Duurzaam ondernemen: ondernemen met winstoogmerk, maar met respect voor de sociale- en ecologische omgeving. 
• Circulair ondernemen: het hergebruik van producten en grondstoffen maximaliseren zodanig dat de waarde vernietiging wordt geminimaliseerd. 

Deelnemers aan de minor ondernemen krijgen volop de mogelijkheid om dit thema in te zetten. 

Studenten die al aan het ondernemen zijn kunnen in de gelegenheid worden gesteld de uren die zij, gedurende de minor maken voor het bedrijf, op te nemen in de urenverantwoording. Daarvoor is eerst overleg met de coördinator nodig.