Kindervoeding bij Ziekte en Gezondheid
Ben je geïnteresseerd in de gezondheid van kinderen en het samenstellen van hun optimale voeding? Schrijf je dan in voor deze minor! Goede voeding is een belangrijke factor voor gezond opgroeien. Helaas eten niet alle kinderen een gezond. Dit heeft grote invloed op hun fysieke, mentale en sociale ontwikkeling. Kinderen hebben specifieke voedingsbehoeften in elke fase van de groei, en die behoeften zijn nog belangrijker wanneer een kind ziek is. In deze minor leer je op een nieuwe en creatieve manier problemen op te lossen, waarbij het kind en de ouder centraal staan. Deze creatieve aanpak die je aanleert, kan nuttig zijn in veel aspecten van je toekomstige professionele werk. Je benadert een probleem over voeding bij kinderen vanuit verschillende perspectieven. Je start met het inleven in de doelgroep, waardoor je daarna het probleem kan definiëren. Je hebt veel vrijheid om je eigen project vorm te geven. Daarna ga je aan de slag om verschillende oplossingen te bedenken, ontwerp je een prototype en test deze voor de betreffende doelgroep.
Tijdens de minor werk je volgens de principes van Design Thinking. De minor begint met een oriëntatiefase waarin je de algemene aspecten van voeding voor kinderen met of zonder gezondheidsproblemen bestudeert. Na de oriëntatiefase kies je een doelgroep, die wordt aangeleverd door diëtisten uit de regio. Je start met het onderzoeken en inleven in de problematiek van de doelgroep. Wat is het probleem, voor wie is het een probleem, waarom is het een probleem en hoe groot is het probleem? Om dit probleem op te lossen werk je samen in een team van ongeveer 6 studenten.
Om de opdracht te voltooien doorloop je de fases van Design Thinking. Elke fase duurt 3 weken:
- Begrijpen en analyseren: je krijgt inzicht in de behoeften van de doelgroepen/gebruikers
- Point of View: je formuleert het specifieke probleem
- Ideevorming: je bedenkt oplossingen vanuit verschillende perspectieven
- Prototype: je ontwerpt een oplossing voor het probleem
- Test: je test het prototype en verbetert met behulp van feedback van de doelgroep
Leerdoelen
Na het volgen van deze cursus:
Oriëntatiefase:
- Weet je welke impact voeding heeft op de kwaliteit van leven van kinderen;
- Kun je de voedingsstatus, groei en voedingsbehoeften van kinderen in verschillende leeftijdsgroepen beoordelen;
- Kun je kinderen op verschillende manieren ondersteunen bij het aanleren van gewenste voedingsgewoonten;
- Weet je welke voedingsgerelateerde ziekten veel voorkomen in de kindertijd en kun je beschrijven wat er mis is met het metabolisme;
- Kun je nationale en internationale richtlijnen kritisch analyseren met betrekking tot de preventie en het beheer van gezondheid en ziekte bij kinderen;
- Kun je strategieën om gedragsverandering te bevorderen beoordelen op effectiviteit.
Begrijpen en analysen
- Kun je het beste beschikbare bewijs (uit wetenschappelijke literatuur) selecteren en deze relevante informatie gebruiken om inzichten en behoeften van de specifieke doelgroep te vast te stellen.
- Kun je open en semi-gestructureerde interviews voorbereiden en
Point of view:
- Kun je onderbouwde keuzes maken voor het ontwerp van een praktijkgericht onderzoek;
- Kun je je inzichten over de oorzaak en het gevolg van het probleem communiceren met de betrokkenen
Ideevorming:
- Kun je verschillende perspectieven formuleren om tot een oplossing te komen, en je kan daarover communiceren;
- Je kunt verschillende brainstormtechnieken gebruiken om tot verschillende oplossingsrichtingen te komen.
Prototype:
- Je kunt op basis van de ideeën een prototype ontwerpen;
- Je kan uitleggen waarom het prototype door de eindgebruiker moet worden getest;
Test en implementatie:
- Je kunt het prototype testen en met behulp van de verkregen feedback verbeteren.
Ingangseisen
Derde- en vierdejaars studenten van de opleiding Voeding en Diëtetiek die geïnteresseerd zijn in het oplossen van vraagstukken met de methoden van design thinking en/of geïnteresseerd zijn in kinder- en ziektespecifieke voeding.
Literatuur
Artikelen worden deels verstrekt door de docenten. Daarnaast zoek je zelf evidence-based informatie en raadpleeg je experts.
Rooster
Onderwijsmethoden & Verdeling van studielast
In het algemeen zal elke fase van de minor de volgende onderwijsmethoden bevatten:
- Je bereidt je voor op elke les door voorbereidende opdrachten te maken. Naast het lezen of bekijken van literatuur/informatie, bevat elke opdracht een actief leercomponent: je maakt persona’s, formuleert een probleemstelling en maakt een prototype voor de gekozen oplossing.
- Thematische lessen: in deze lessen worden verschillende thema’s behandeld (bijvoorbeeld de preventie of behandeling van voedselallergieën). De opdrachten tijdens de lessen hebben altijd een actief component (leren door te doen)..
- Gastcolleges.
- Interviews met de cliënt/doelgroep: doel is om de opdracht te bespreken.
- Projectgroepen: de projectgroepen werken tijdens begeleide (onder toezicht van een tutor) en onbegeleide projectgroepen aan de verschillende fases van Design Thinking en de verschillende producten.
- Workshops: bijvoorbeeld over verschillende methoden van brainstormen.
Contacturen per week
Je hebt 12 contacturen per week. Het onderwijs wordt gepland op maandag de gehele dag en op de donderdagochtend.
Toetsing
De minor bestaat uit 6 fases (oriëntatie, begrijpen en analyseren, point of view, ideevorming, prototype en testfase) volgens de design thinking cyclus. Elke fase eindigt met een individuele of een groepsopdracht.
Toetsing:
De eerste 3 weken (introductie) worden individueel getoetst:
- Positie paper (5 ECTS); resultaat van de introductiefase.
In andere fases van de Design Thinking methode moeten groepsproducten aan het einde van elke fase worden ingeleverd:
- Persona (5 ECTS); resultaat van de inventarisatie van begrijpen en analyseren
- Point of View(5 ECTS); resultaat van de definitie van het probleem
- Alternatieven voor ontwerp (5 ECTS); resultaat van de ideeën orming
- Prototype (5 ECTS); resultaat van de prototypefase
- Test en implementatie (5 ECTS); resultaat van de testfase
Elk product bestaat uit drie verschillende delen:
- Product
- Bewijs
- Reflectie
Elk product wordt beoordeeld met een rubric. Het eindcijfer wordt alleen gegeven als alle beoordelingen minimaal een 5,5 zijn en wordt berekend als een gewogen gemiddelde van de beoordelingen waarbij het gewicht overeenkomt met de studielast.
Aanvullende informatie
Heb je vragen over deze minor? Aarzel niet om contact op te nemen met de docent(en).
Ben je student aan De Haagse Hogeschool? Dan kun je je inschrijven via OSIRIS.
Benieuwd naar alle KOM-minoren van De Haagse Hogeschool? Je vindt een overzicht in de KOM Minorkrant (brochure) van De Haagse Hogeschool.