Toegepaste bedrijfskunde (dt)
Het doel is om studenten in een semester alle ins en outs op bedrijfskundig gebied bij te brengen. Dat gebeurt middels het aanbieden van allerhande modellen en theorieën, die vervolgens in de praktijk getest en uitgewerkt worden.
De minor toegepaste bedrijfskunde bestaat uit drie onderdelen:
- Running the business
- Informing the business
- Guiding the business
1. Running the business
Operations management, supply chain/demand network management en performance management bevinden zich in de kern van het ‘hoe’ van organisaties. Het zijn primaire onderwerpen die bepalend zijn voor de ‘harde’ inrichtingsaspecten van een organisatie (P.T.O.M.: Processen, Technologie, Organisatiestructuur en Mensen) en gelden voor primaire, secundaire als tertaire sectoren eender. Het gaat over het in handelen omzetten van de ambities van een organisatie dankzij concrete operationele keuzes in de bedrijfsinrichting. Dit omzetten dient op zo’n wijze te gebeuren dat het ‘produceren’ van goederen en/of diensten zo effectief en efficiënt mogelijk plaatsvindt, daarbij rekening houdende met de belangen van alle stakeholders. Zonder een doordacht ontwerp van het primaire voortbrengingsproces, het slim organiseren van het samenspel van een organisatie met haar toeleverende en afnemende omgeving en het meetbaar houden van de prestaties daarvan is het onmogelijk om een functionerende organisatie te zijn.
2. Informing the business
In dit onderdeel krijgt de student een overzicht van de belangrijkste aspecten en componenten van Informatiemanagement en technologie en de rol die informatie heeft voor het functioneren van organisaties in deze tijd. Ook worden de basisbeginselen van netwerkarchitectuur uitgelegd zodat de student na het afronden van deze module een ‘beter voorbereide’ gesprekspartner is voor zowel de afdeling IT, de CIO en de businesslijn van de organisatie. Het Amsterdams Informatie Model, ook bekend als het model van Maes is één van de modellen die we tijdens deze module gebruiken als referentiekader.
3. Guiding the business
Duurzaamheid is het thema van dit decennium. De ontwikkelingen volgen elkaar snel op en de interdependentie van organisaties is groot. Om die reden is het noodzakelijk dat organisaties zich voorbereiden op nieuwe wet- en regelgeving, megatrends en de gevolgen daarvan voor de operatie.
In toenemende mate is zichtbaar dat organisatie worden aangesproken op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid in relatie tot de activiteiten. Naast de financiële rapportage worden non-financiële rapportages steeds belangrijker. De uitdaging is de uitvoering van MVO-doelstellingen en het voorkomen van imagoafbreuk door greenwashing. Strategie is hierbij essentieel.
In deze module wordt een organisatie geadviseerd door risico's in kaart te brengen hierbij kijken we naar verschillende risicomodellen. Daarnaast kijken we in dit onderdeel naar de organisatie waarbij we specifiek aandacht hebben voor de inrichting van de Governance en Compliance binnen de organisatie.
Leerdoelen
De minor is op NLQF6.
De competenties sluiten aan bij de volgende onderdelen uit het LOP van Bedrijfskunde: Operations Management, Professioneel Vakmanschap, Onderzoekend Vermogen, Management Information Systems, Strategic Management, Accounting, Finance en Nederlandse taal uit het Landelijk Opleidingsprofiel Bedrijfskunde/HEO.
Ingangseisen
Voor de uitvoering van de beroepsproducten die gekoppeld zijn aan deze minor is het noodzakelijk dat de student werkzaam is op startend hbo-niveau in een organisatie en bedrijfskundige taken uit kan voeren. Deze organisatie dient een grootte van minimaal 5fte te hebben en toegang te verstrekken tot resources (documenten, interviews). Na aanmelding bij de minor vindt een intake plaats om de werkplek te bespreken. Indien deze goedgekeurd wordt, kan de student deelnemen aan de minor.
Literatuur
De minor maakt gebruik van aanbevolen boeken. Verder worden er publicaties aangeboden via Brightspace.
Rooster
Periode van uitvoering: semester 2, 2025
Inroostering: bijeenkomsten zijn iedere vrijdag van 9.30 tot 16.30 uur
Toetsing
De minor wordt getoetst met beroepsproducten.
1. Running the business
Beroepsproduct in de vorm van een geschreven analyse + advies.
2. Informing the business
Beroepsproduct in de vorm van een geschreven analyse + ontwerp.
3. Guiding the business
Beroepsproduct in de vorm van een geschreven analyse + advies.
Alle onderdelen wegen even zwaar. Minimumeis voor slaging: 6.
Er gelden aanbevolen inlevermomenten, maar daarbuiten kan de student ook de beroepsproducten inleveren voor beoordeling. De student heeft twee kansen per studiejaar. De minor is onderdeel van een flexibele opleiding.
Aanvullende informatie
Deze minor is praktijkgericht (zie kwalitatieve eis) en sluit aan bij de SDG’s kwaliteitsonderwijs, eerlijk werk en economische groei, verantwoorde consumptie en productie en klimaatactie