Smart Building, Information Management (BIM)
De minor heeft als doel je voor te bereiden op de toekomst van de bouwsector. Je leert digitalisering vanuit een bedrijfskundig perspectief te benaderen. Je ontwikkelt basisvaardigheden in het modelleren van gebouwinformatie en krijgt inzicht in wat Bouw Informatie Management (BIM) inhoudt. Daarnaast leer je managementmodellen te ontwikkelen voor de informatieoverdracht gedurende het gehele bouwproces en werk je samen in een interdisciplinaire context..
Digitalisering in de bouw, dat is waar het bij BIM om gaat. Weet jij hoe je BIM in de praktijk gebruikt? Tijdens deze minor doe je basisvaardigheid op in het managen van informatie in de héle levenscyclus van bouwwerken. In twee projecten help je bedrijven verder door technologie te matchen met bedrijfskundige vraagstukken. Door de vraag helder te krijgen en de technologie aan te laten sluiten bij de expertise die er al is.
Wat ga je doen?
Je krijgt tijdens theoriecolleges en het samenwerkingstraject in de minor inzicht in wat het begrip BIM inhoudt. In werkcolleges en gastcolleges werk je aan basiskennis en -vaardigheden en in een interdisciplinair proces werk je twee projecten uit.
Leerdoelen
Competenties vormen een verdieping op managementcompetenties die al behaald zijn binnen de opleidingen. Door te specialiseren op gebied van Bouw Informatie Management worden deze competenties op niveau 3 behaald.
- Eisen en randvoorwaarden benoemen, bewaken en aansturen.
Prestatie-indicatoren:
- (Niveau 3) Coördineren, communiceren en beheersen
van de BIM-aspecten in alle fasen van het bouwproces;
- (Niveau 3) Vastleggen van taken, bevoegdheden en
verantwoordelijkheden van de organisaties/personen
die betrokken zijn bij BIM;
- (Niveau 3) Verwerken van de technische en organisatorische BIM-eisen, randvoorwaarden en werkafspraken in de contracten van betrokken bouwpartners.
- Structuur voor het gebouwmodel opzetten, voorafgaand aan het modelleerproces, op basis van projectgegevens, de BIM-doelstellingen en de wensen van verschillende disciplines.
Input: projectgegevens en BIM-doelstellingen
Output: structuur voor het gebouwmodel
Prestatie-indicatoren:
de objecten te relateren kenmerken;
- (Niveau 2) Analyseren van de projectgegevens, informatiebehoefte en raakvlakken van de betrokken disciplines;
- (Niveau 2) Maken van een planning voor de informatievoorziening
- (Niveau 3) BIM-doelstellingen, objectenstructuur en
objectkenmerken vertalen naar een werkinstructie met
uitgangspunten en randvoorwaarden voor alle betrokkenen in het BIM-team.
- Informatie toevoegen en/of wijzigen in gebouw- of
Aspectmodellen op basis van de structuur van het
gebouwmodel, projectgegevens en informatie van
diverse disciplines.
Input: structuur voor het gebouwmodel
Output: met data verrijkt gebouwmodel
Prestatie-indicatoren:
- (Niveau 3) Definiëren van de project specifieke objecten.
- Samenvoegen van gebouw- en aspectmodellen,
‘clashes‘ signaleren en rapporteren met behulp
van analysetools en op basis van visuele controle.
Input: gebouwmodel, aspectmodellen
Output: foutrapportage met correctieve acties voor elke
discipline
Prestatie-indicatoren:
- (Niveau 3) Benoemen van de benodigde correctieve
acties;
- (Niveau 3) Kwaliteitseisen vertalen naar toetsregels in
een analysetool.
- Opzetten en gebruiken van aspectmodellen voor
bepaalde disciplines op basis van de eisen vanuit
het gebouwmodel. De analyseresultaten terugkoppelen naar degene die het gebouwmodel beheert.
Input: specifieke data uit het gebouwmodel
Output: resultaten van de analyses die ingevoerd kunnen
worden in het gebouwmodel
Prestatie-indicatoren:
- (Niveau 3) Vertalen dan wel benoemen van de objecten in het gebouwmodel naar objecten die geschikt zijn
voor analyses en berekeningen.
- Grafische en (alfa)numerieke rapportage op basis
van het gebouwmodel ten behoeve van de productie.
Input: data uit het gebouwmodel
Output: grafische en (alfa)numerieke rapportage
Prestatie-indicatoren:
• (Niveau 3) Ontwikkelen van views voor nieuwe toepassingen
Ingangseisen
- vaardigheid met BIM- en/of CAD-software (bij voorkeur, niet verplicht)
Literatuur
- Reader wordt ter beschikking gesteld
- Online course met filmmateriaal en online questionaires worden online beschikbaar gesteld
- Laptop is een pre, software is gratis te downloaden
Rooster
Het rooster wordt zo'n tien werkdagen voor aanvang van de minor bekendgemaakt. Neem contact op met tis-minoren@hhs.nl als je dan nog niets hebt gehoord.
Toetsing
De minor wordt individueel afgesloten. Toetsing vindt plaats op basis van drie aspecten:
- groepsproduct (33%)
- procesmanagement vaardigheden (33%)
- einddocument (een individueel werkstuk waarin de opgedane kennis, het process en de reflective hierop worden vastgelegd) (33%)
Aanwezigheid is verplicht. Bij afwezigheid wordt een compenserende opdracht gegeven. Er moet per onderdeel minimaal een 5,5 behaald zijn voor een voldoende
Inleveren; week 8
Herkansing; week 10
Aanvullende informatie
Doelgroep
Toegankelijk voor studenten in het vierde jaar.
Werkvormen + verdeling van de studielast
Werkcolleges: 18 uur (12 colleges)
Theoriecolleges: 18 uur (12 colleges)
Excursies: 32 uur (4 st.)
Groepsbegeleiding sessies: 8 uur (1 uur per groep per week)
Groepswerk op atelier (werk aan het project in groepsverband): 180 uur
Zelfstudie (lezen literatuur, oefening vaardigheden): 82
Individueel eindstuk: 82
Totaal (15 ects):
420 uur
Samenwerkingspartners
Studenten werken in groepen van maximaal 5 studenten
Minimum- en maximumdeelname
Maximum deelname: 30 studenten
2 uur per week (excursies niet meegenomen; die worden ruim van tevoren gepland)