Hoe kunnen we beter omgaan met water en rekening houden met duurzaamheid, klimaat, waterbalans en kwaliteit?
Dat zijn de centrale vragen van de minor Ecohydrologie. De minor bestaat uit twee onderdelen: een theoretisch deel en een extern project.

In het theoretische deel wordt de stof thematisch verdeeld in blokken van twee à drie weken, waarbij steeds een specifiek landschapstype centraal staat. De landschapstypen die aan bod komen, zijn: beekdallandschap, nat zandlandschap, rivierengebied, zeeklei- en laagveengebieden en duin- en kustgebied. Elk blok bestaat uit:

• Zes vakgerichte colleges: Hydrologie, Aquatische ecologie, Bodemkunde en geologie, Vegetatiekunde, Milieuchemie en Landschapsecologie.
• Excursies naar natuur(ontwikkelings-)gebieden, met bijdragen van docenten en een terreinbeheerder en/of onderzoeker.

Parallel aan de theorie werk je aan een extern project in opdracht van een terreinbeheerder, zoals Natuurmonumenten, Waterschappen of Staatsbosbeheer. Onder begeleiding van VHL-docenten en de opdrachtgever leer je een ecohydrologische systeemanalyse opzetten, uitvoeren in het veld en daarover rapporteren. Daarnaast kun je tijdens consulturen advies vragen aan de betrokken vakdocenten.

Na deze minor ben je bekend met belangrijke landschapstypen en heb je praktijkervaring opgedaan in ecohydrologie, waarbij je kennis van hydrologie, aquatische ecologie, bodemkunde, vegetatiekunde, milieuchemie en landschapsecologie hebt toegepast.

Meerwaarde:
Studenten leren theorie en praktijk van ecohydrologie. Ze verbreden en verdiepen hun kennis en kunnen dan bijvoorbeeld aan de slag als ecohydroloog of ecoloog bij organisaties zoals Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten of bij Waterschappen en Adviesbureaus. Ze dragen dan bij aan oplossingen voor een betere omgang met water.

De student:

• heeft voldoende kennis en vaardigheden op het gebied van hydrologie, aquatische ecologie, bodemkunde en geologie, vegetatiekunde, milieuchemie en landschapsecologie om op professioneel niveau  te kunnen bijdragen aan het uitvoeren van ecohydrologische systeemanalyses en het formuleren van zinvolle herstelmaatregelen
• draagt in een projectteam actief bij aan het opzetten, (in het veld) uitvoeren en rapporteren van ecohydrologische systeemanalyses conform de nieuwste richtlijnen en principes uit de praktijk;
• draagt in een projectteam actief bij aan het opstellen van herstelplannen voor grond- en oppervlaktewaterafhankelijke natuur, rekening houdend met de ecologische potenties van het gebied, de wettelijke kaders en de belangen van actoren, waarbij duurzaamheid sturing gevend is;
• beheerst communicatieve vaardigheden om goed te kunnen samenwerken in projectteams waarin meerdere specialismen vertegenwoordigd zijn, maar ook richting overige betrokkenen in het werkveld;
• reflecteert kritisch op de soms ingewikkelde werkprocessen en onderzoeksresultaten.

VHL-studenten Land- en watermanagement: Het derde jaar van de opleiding succesvol afgerond. 

VHL-studenten Bos- en natuurbeheer en overig: Het tweede jaar van een relevante HBO-opleiding afgerond, waarbij bodemkunde, milieukunde/scheikunde, waterbeheer, vegetatiekunde en/of ecologie tot de belangrijkste basisvakken behoren.

Externe studenten: Het tweede jaar van een relevante HBO-opleiding afgerond, waarbij bodemkunde, milieukunde/scheikunde, waterbeheer, vegetatiekunde en/of ecologie tot de belangrijkste basisvakken behoren.

Leerstof wordt door de docent bekend gemaakt.

30 credits (in deeltijd 20 credits), oftewel 30x28 = 840 studiebelastingsuren, die grofweg als volgt zijn verdeeld:

• Extern Project: 420 uur
• Theorie (werkcolleges, practica, zelfstudie): 420 uur

Elk van de zes vakgebieden neemt ongeveer 60 uur in beslag, daarnaast is er 60 uur voor introductie en andere kleine onderdelen.

1. Ecohydrologie Kennistoets eerste periode (weging 1)

   Individuele, schriftelijke kennistoets met open, gesloten en MC-vragen. De inhoud betreft de ecohydrologie van het Beekdal en nat zand landschap met vragen over Hydrologie, Aquatische ecologie, Bodemkunde en geologie, Vegetatiekunde, Milieuchemie en landschapsecologie van deze landschappen.

   2.       Ecohydrologie Kennistoets tweede periode (weging 1)

   Individuele, schriftelijke kennistoets met open, gesloten en MC-vragen. De inhoud betreft de ecohydrologie van het Rivieren-, Laagveen-, zeeklei- en duin- en kustlandschap met vragen over Hydrologie, Aquatische ecologie, Bodemkunde en geologie, Vegetatiekunde, Milieuchemie en landschapsecologie van deze landschappen.

   3.       Extern Project Producttoets. (weging 2)

   Rapportage, presentatie verantwoording van het externe project.

Verplichte contacturen
Gemiddeld 12 contacturen per week. Deze zijn niet verplicht, maar worden van harte aanbevolen. Voor de deeltijdvariant zijn dit 8 gemiddeld contacturen per week (1 dag).