Lijkt het jou wat om als adviseur aanbevelingen te kunnen doen over het effect van ruimtelijke plannen op de natuur? Dan is de minor Ecologisch Advies iets voor jou. Je leert alles over ecologische advisering, de natuurwetgeving, hoe je effecten van ruimtelijke plannen kunt beoordelen en oplossen. Na deze minor kun jij zelfstandig ecologisch advies geven aan opdrachtgevers. 

Onze samenleving staat voor een aantal grote ruimtelijke uitdagingen. Een tekort aan woningen, grootschalige verduurzaming en de stikstofproblematiek om zo maar even wat te noemen. Het is wettelijk verplicht om het effect op de natuur van ruimtelijke plannen en ontwikkelingen te beoordelen. Dit vraagt om ecologisch adviseurs met kennis van soorten en  de natuur in het geheel en die weten hoe deze in Nederland zijn beschermd. 
 
Een ecologisch adviseur onderzoekt hoe bedachte ruimtelijke plannen het meest natuurvriendelijk uit te voeren zijn en welke maatregelen de natuur eventueel kunnen compenseren. Met een inventarisatie schat de adviseur de impact in van de ingrepen op de (omliggende) natuurgebieden en verwerkt zijn/haar bevindingen in een ecologische effectrapportage (Quickscan). Op basis hiervan doet de adviseur aanbevelingen voor het doorgaan van de ruimtelijke plannen. 
 
Ecologisch Advies 
In deze minor doe jij de kennis en de vaardigheden op om dit te kunnen. Je volgt colleges waar je de stappen van het geven van ecologisch advies leert, je duikt diep in de Nederlandse natuurwetgeving en werkt in groepen aan het oplossen van casussen op het gebied van ecologische advisering.  
 
Naast dat je lessen volgt op school doe je ook praktijkervaring op. Dat kan op twee manieren.  

• Je draait je minimaal 168 uur mee bij een ecologisch adviesbureau, gemeente, provincie, waterschap of terreinbeheerder.  
• Of werkt een grotere onderzoeks- en adviesopdracht voor één van deze bedrijven uit. 

Voor beide opties geldt dat je minimaal één ecologische effectrapportage uitwerkt. hierbij beoordeel je de effecten van een bepaalde verandering in het gebied (zoals bouwen van nieuwe wijk) op de flora en/of fauna in het gebied. 

De minor loopt van september tot februari, lessen worden gegeven op vrijdag (gemiddeld 5 contacturen per week). Tussendoor werk je 1,5 dag per week aan de praktijkopdracht en/of stage.

Deze minoren samen bieden jou een brede kennis op het gebied van ecologie, soortenonderzoek, gebiedsontwikkeling en advies. Na de afronding van de minor Ecologisch Advies kun je goed terecht bij ecologische adviesbureaus, gemeenten, provincies, terreinbeherende organisaties en waterschappen. Ecologische advisering is, door de grote vraag naar adviseurs in Nederland, het grootste werkveld voor (toegepast) ecologen.  

Leerdoelen 

In al de functies die een afgestudeerde in de branche van mens/natuur effecten kan vervullen zijn de volgende Aeres-competenties van belang. 

• Onderzoeken: De student voert naar aanleiding van een ruimtelijke ingreep, een ecologisch onderzoek in een gebied uit. De student bepaalt en beoordeelt hierbij de (wettelijke) effecten op de (beschermde) flora en fauna in het gebied. De student rapporteert hierna de gevolgen voor de opdrachtgever en bepaald hoe effecten zoveel mogelijk weggenomen kunnen worden. 

• Presenteren: De student kan aan een groep deskundigen (opdrachtgever of collega adviseurs) een casus begrijpelijk en overtuigend overbrengen en weet daarbij om te gaan met weerstanden. Stimuleert discussie met zijn boodschap en legt verbanden met andere sectoren. 

• Duurzaam handelen: De student levert een bijdrage aan een het duurzame relatie tussen de mens en de leefomgeving en is zich bewust van de verschillende aspecten en discussies die gerelateerd zijn aan duurzaamheid. 

Je hebt een stageplek of opdracht geregeld voor aanvang van de minor in september. Meer informatie een eisen hieraan ontvang je via de coördinator. 
 
Je kunt de volgende beroepstaken uitvoeren: Ecologische inventarisaties uitvoeren; (veld)onderzoek uitvoeren en verslagleggen. De studenten van de Hbo-majors Toegepaste Biologie en gerelateerde studies voldoen aan bovenstaande eisen. De minor staat ook open voor studenten van andere majors mits de voorkennis voldoende aansluit. In dat geval kan de coördinator een (online) intakegesprek inplannen. 

N.v.t.

Studiejaar 2025-2026, semester 1.
Colleges vinden plaats op vrijdag (gemiddeld 5 contacturen per week). Tussendoor werk je 1,5 dag per week aan de praktijkopdracht middels werkplekleren bij een ecologisch adviesbureau.
Vrijdag in de weken 36-42, 46-51, 2-4.

Code: AECA01
Naam: Assessment
Studiepunten: 7
Type examen: opdracht
Periode: 1-2

Code: AECA02
Naam: Ecologische effectstudies I
Studiepunten: 4
Type examen: Tentamen
Periode: 1-2

Code: AECA03
Naam: Ecologische effectstudies II
Studiepunten: 4
Type examen: Portfolio
Periode: 1-2

Wanneer je kiest voor deze minor, raden we je aan deze te combineren met één van onze andere (ecologisch) adviesminors.  Hiermee kan je jouw basis profiel als ecologisch adviseur verder uitdiepen met een specialisatie op natuurontwikkeling, dier, water of de natuurinclusieve stad. De nodige werkleerplek of opdracht kan ook met deze minoren worden gecombineerd.  De volgende combinaties worden aanbevolen:  

• Natuurontwikkeling  (AECN – 15 EC). 

Je wilt natuur(her)ontwikkeling bevorderen, gericht op specifieke plant- of diersoorten, vegetatie of algehele kwaliteit. Je hebt kennis van vegetatie-inventarisatie, bodem- en watersystemen en omgevingswetgeving, toepasbaar in natuur-, stedelijke en agrarische gebieden.  

• Onderzoek en advies wilde dieren (AECD - 15 EC) 

Je wilt aan de slag met onderzoek en advies over diergerelateerde vraagstukken. Je kunt hierbij denken aan hoe diersoorten in de stad of in natuurgebieden beschermd kunnen worden, hoe mens-dierconflicten op een goede manier op te lossen en hoe bij bijvoorbeeld bouwprojecten rekening gehouden kan worden met dieren.  

• Toegepaste Aquatische Ecologie (ATAE –15 EC) 

Je wilt aan de slag met beleid en bescherming van aquatische ecosystemen. Hiervoor ken je de regels van de omgevingswet en ben je bekend met de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water. Je werkt aan het verbeteren van de waterkwaliteit voor aquatische doelsoorten en vismigratie en leert hiervoor veldinventarisaties uitvoeren waarop je habitat-verbeterende maatregelen baseert.    
Toekomstige werkgevers 

• Natuurinclusieve Stadsontwikkeling  (ANSO – 15 EC) 

Je wilt graag gaan bijdragen aan de aanpak van de klimaatcrisis in stedelijk gebied, gefocust op het stimuleren van alle ecosysteemdiensten die de natuur ons hiervoor te bieden heeft. Denk aan groene daken voor wateropslag of groene fietspaden voor verkoeling. Daarbij vind je het heel belangrijk dat niet alleen de mens van de stedelijke natuur profiteert, maar dat die natuur ook ecologisch waardevol is voor andere soorten dan de mens.